Bluetooth–verbinding
Druk op
Menu
en selecteer achtereenvolgens
Instellingen
,
Connectiviteit
en
Bluetooth
. Selecteer
•
Actief apparaat
om te controleren welke Bluetooth–verbinding actief is. Als u de verbinding met
het geselecteerde apparaat wilt sluiten, drukt u op
Verbreek verb.
.
•
Gekoppelde apparaten
om een lijst weer te geven met de Bluetooth–apparaten die met de telefoon
gepaard zijn. Ga naar het gewenste apparaat. Als u de paring met het geselecteerde apparaat wilt
verwijderen, drukt u op
Verwijd.
.
Druk op
Verbind
om verbinding te maken met het geselecteerde apparaat, of druk op
Opties
voor de
volgende mogelijkheden, afhankelijk van de status van het apparaat en de Bluetooth–verbinding.
Selecteer
•
Korte naam toewijzen
om het geselecteerde apparaat een korte naam te geven (die alleen voor u
zichtbaar is).
Copyright © 2004 Nokia. All rights reserved.
Menufuncties
107
Menufuncties
•
Autom. verb. zonder bevestiging
. Selecteer
Ja
als de telefoon automatisch verbinding moet maken
met het geselecteerde apparaat, of selecteer
Nee
als hiervoor eerst toestemming moet worden
gevraagd.